Doorfietsroutes

Holland Rijnland maakt zich sterk voor een gedegen doorfietsroutenetwerk in de regio. Recent heeft Holland Rijnland samen met de gemeenten en in afstemming met de provincie Zuid-Holland, corridors in kaart gebracht welke doorfietsroutes in de toekomst de voorkeur hebben. Daarnaast is de aanbeveling gedaan om voor de inrichting van deze routes zoveel mogelijk de aanbevelingen van het CROW (kennisinstituut voor overheden) te volgen. In hoeverre dat mogelijk is hangt af van de plaatselijke situatie. De wegbeheerders bepalen de inrichting van de routes. Op een plattegrond worden gewenste verbindingen aangegeven. Dit zijn echter nog geen definitieve tracés. Pas als wegbeheerders besluiten tot verdere uitvoering, wordt onderzoek gedaan naar mogelijke inpassing, breedte en verharding.

Holland Rijnland wil met de aanleg van de doorfietsroutes het fietsgebruik verder stimuleren. Door toename van het gebruik van de e-bike nemen inwoners van de regio steeds vaker en voor steeds langere afstanden de fiets. Dit geldt zowel voor woon-werkverkeer als voor schoolroutes. Het gewijzigde vervoer door de COVID19-pandemie heeft het fietsgebruik nog meer gestimuleerd. Met de aanleg van doorfietsroutes kan dit gebruik verder toenemen en worden gefaciliteerd. Daarnaast levert het een bijdrage aan de gezondheid en beperkt het congestie bij andere vervoersmiddelen.

Een regionaal doorfietsroutenetwerk is echter nog geen garantie voor een goed netwerk dat de (snel)fietser ook daadwerkelijk gebruikt. Naast een duidelijke routering en bewegwijzering is ook de kwaliteit van de verharding, de breedte en de indeling van de snelfietspaden van groot belang. Het CROW nam in een tweetal uitgaven aanbevelingen op voor de inrichting van dergelijke paden. Deze aanbevelingen zijn gericht op samenhang, directheid, aantrekkelijkheid, veiligheid en comfort. Ook de provincie hanteert deze aanbevelingen.

De daadwerkelijke realisatie van de paden verschilt per route. Dit hangt onder andere af van de plannen van de betreffende gemeente(n) en in sommige gevallen ook de provincie. Ook beschikbare gelden spelen hierin een belangrijke rol.

Het doorfietsroute netwerk is door regio en provincie ook als input gebruikt voor het Nationaal Toekomstbeeld Fiets wat op initiatief van de minister van Infrastructuur en Waterstaat landelijk wordt opgesteld. De komende tijd gaan de betrokken partijen (provincies, regio’s en gemeenten) met elkaar aan de slag om samen te kijken welke maatregelen het meest kansrijk zijn, en wat het meest prioriteit heeft. In het najaar verwachten ze met een nader uitgewerkt toekomstbeeld fiets te komen, als basis voor toekomstige investeringsbeslissingen.

Back To Top
Ga naar de inhoud