Holland Rijnland 2022-2026

Voorwoord

We staan aan de vooravond van Holland Rijnlands zesde raadsperiode sinds de oprichting in 2004. Die tijd kenmerkt zich door één constante: verandering. In de afgelopen jaren in het bijzonder blijkt dat dingen die we niet voor mogelijk hielden, wel degelijk mogelijk zijn. Er treden grote veranderingen op in onze sociale en economische structuur. Soms door omstandigheden die we zelf creëren, soms door gebeurtenissen buiten onze controle.

Tijden van verandering, soms gepaard met onzekerheid, vragen om een gezamenlijke visie en actie. Met beide benen op de grond en bewust van de eigen kracht én de wereld om ons heen. Met die aanpak boekten we de afgelopen jaren grote successen. Zo brachten we, met een duidelijk doel voor ogen, een aanzienlijk bedrag aan middelen bijeen in een Regionaal Investeringsfonds (RIF). Met aanvullingen vanuit het Rijk en de provincie Zuid-Holland gaven we de bereikbaarheid en de leefbaarheid in de regio een impuls via vijf concrete projecten. Zo kijk ik met trots terug op belangrijke mijlpalen, zoals de aanleg van de RijnlandRoute en de ontwikkeling van een hoogwaardig OV-netwerk, die we dankzij dit fonds mogelijk maakten.

We pakken de komende tijd door op het succes van het RIF. Maar we moeten tegelijkertijd constateren dat vijftien jaar na oprichting van dit fonds de wereld is veranderd. Eerdere successen bieden geen garantie voor herhaling van die successen in de toekomst. Recente mondiale ontwikkelingen als de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne, beïnvloeden ons leven en onze toekomst direct.

Op dit moment gaat de aandacht uit naar vraagstukken als natuurherstel, klimaatadaptatie en energietransitie en lijkt het kabinet hiervoor grote bedragen uit te trekken. Het zijn stuk voor stuk vraagstukken die ook in Holland Rijnland spelen. Daarbij hebben we een behoorlijke kluif aan het bereikbaar houden van onze regio en het is puzzelen om voldoende ruimte te vinden voor woningen, bedrijven en duurzame energie-opwek.

Om al deze uitdagingen het hoofd te bieden, bepaalden we gezamenlijk de contouren voor Holland Rijnland 2022–2026, in het document dat voor u ligt. Hierin bezegelen we onze gezamenlijke zoektocht naar oplossingen én introduceren we een gebiedsgerichte aanpak. Daarnaast zetten we onze samenwerking voort op uitvoeringstaken als de regiotaxi, de urgentiecommissie Woonruimteverdeling én vieren we dit jaar het twintigjarig bestaan van het Regionaal Bureau Leerplicht (inmiddels Regionaal Bureau Leerrecht). Verder blijven we gezamenlijk optrekken bij het formuleren van een kantoren- en bedrijventerreinenstrategie, de woonagenda en voeren we verkenningen uit op het terrein van onder meer transport over water en multimodale mobiliteitshubs. Later dit jaar besluiten we samen over het definitieve programma van de komende vier jaar.

De afgelopen jaren zagen we dat we in Holland Rijnland veel in huis hebben om de uitdagingen die de toekomst ons biedt gezamenlijk en zelfbewust aan te gaan. We weten dat het succes van de ene gemeente ook het succes van de andere is. Samen zetten we de schouders eronder.

Henri Lenferink
Voorzitter Dagelijks Bestuur Holland Rijnland


Tijdlijn Holland Rijnland

2004Officiële installatie van het eerste dagelijks en algemeen bestuur Holland RijnlandInstallatie eerste DB en AB
2005Van 16 naar 12
Fusie Sassenheim , Voorhout en Warmond tot Teylingen en Katwijk, Rijnsburg en Valkenburg tot Katwijk
2006Verhuizing ambtelijke organisatie Holland Rijnland van Lisse naar Leiden
2007Bestuurders heffen het glas na oprichting van het Regionaal lnvesterrngsfonds (RIF)Bestuurders heffen het glas
2008Externe evaluatie Holland Rijnland
"Als burgemeester van Hillegom heb ik de samenwerking van Holland-Rijnlandgemeenten als positief ervaren."
Burgemeester Toon Mans
2009"Vijf spannende, maar ook zeer
productieve jaren"
2010Van 12 naar 15
Toetreding Alphen aan den Rijn, Nieuwkoop en Rijnwoude
Algemeen Bestuur 2010
2011Bijna tweehonderd raadsleden en bestuurders op het Regiocongres "Tussen Droom en Daad" in Kaag en Braassem
201210 jaar Regionaal Bureau Leerplicht Holland Rijnland
2013Eén Regiotaxi voor de regioRegiotaxi
2014Van 15 naar 13
Fusie Alphen aan den Rijn, Boskoop en Rijnwoude tot Alphen aan den Rijn
2015Decentralisatie van de jeugdzorg
Gemeenten Holland Rijnland slaan de handen ineen
Hart voor de Jeugd
2016Oprichting Cofinancieringsfonds Holland Rijnland & nieuw logo Holland Rijnland
2017Ondertekening Regionaal Energieakkoord 'Energieneutrale regio in 2050'Ondertekening energieakkoord
2018Vaststelling Woonagenda. Door de provincie aanvaard na lobby Holand Rijnland
2019Van 14 naar 13
Fusie Noordwijk en Noordwijkerhout tot Noordwijk
2020Opening corbulotunnelOpening Corbulotunnel
2021Vaststelling drie regionale strategieën: RES 1.0, RSM en de ROADrie strategieën

Inleiding

Het DNA van de Regio

Holland Rijnland is een aantrekkelijke regio om te wonen, te werken en te recreëren. En dat is niet voor niets: de dertien gemeenten in de regio hebben veel te bieden. Zo geven Leiden, Noordwijk en Katwijk onderdak aan topsectoren als health sciences, sensorgerelateerde technologieën en ruimtevaart op het Leiden Bio Science Park, Unmanned Valley en de NL Space Campus. In de regio bevinden zich mondiaal opererende bedrijven, waaronder AkzoNobel in Teylingen, Zeeman in Alphen aan den Rijn en Heineken in Zoeterwoude. De regio is dan ook een aantrekkelijke vestigingsplaats voor uiteenlopende sectoren. De combinatie van groen en de Hollandse Plassen in de sterk verstedelijkte Randstad is uniek. Waardevolle natuur en cultuurhistorische locaties, zoals het landgoed Duivenvoorde in Voorschoten en het plassengebied in onder meer Nieuwkoop en Kaag en Braassem, liggen naast agrarische gebieden en de kust. Economisch sterke steden gaan hier samen met attractieve dorpen zoals Hillegom en Leiderdorp. Toeristische trekpleisters kent de regio ook. Zoals Keukenhof in Lisse en Corpus in Oegstgeest, trekken we jaarlijks 2,5 miljoen bezoekers. De strategische ligging ten opzichte van de luchthaven Schiphol en steden als Amsterdam, Den Haag en Rotterdam dragen verder bij aan de aantrekkingskracht van de regio.

Infographic Holland Rijnland

Inspelen op de actualiteit

Dat onze regio zo bloeiend is, is echter geen vanzelfsprekendheid: ingrijpende en cruciale keuzes zijn aanstaande. In de regio spelen stedelijke vraagstukken, bijvoorbeeld de ruimte voor wonen en economische bedrijvigheid, maar ook meer landelijke vraagstukken, zoals bodemdaling, stikstof en de landbouwtransitie. De regio moet zich aanpassen aan een veranderend klimaat. Energieopwekking moet verduurzaamd worden, terwijl de netcapaciteit al tegen haar grenzen aan zit met het huidige gebruik. In combinatie met de krappe arbeidsmarkt en een tekort aan steeds meer vakmensen, stelt dit ons voor grote uitdagingen.

De oorlog in Oekraïne en de vluchtelingenstroom uit het thuisland vraagt meer inzet op het gebied van huisvesting. Ook maakt het duidelijk hoe onwenselijk het is afhankelijk te zijn van aardgas en versterkt de urgentie om zelfstandig, duurzaam en groen energie op te wekken. Een aantal inwoners in Holland Rijnland kampt vanwege internationale ontwikkelingen met energiearmoede.

De coronacrisis deed ons inzien dat de lange internationale productieketens ons kwetsbaar en soms te afhankelijk maken van andere landen. Bepaalde sectoren en kwetsbare inwoners werden hard geraakt en digitaal werken kwam in een stroomversnelling. Dit laatste heeft blijvende gevolgen voor het gebruik van kantoren en woon-werkverkeer: we werken nu anders en kijken ook anders aan tegen wonen en forensen. Sinds de lockdown is de mogelijkheid om dichtbij huis te recreëren alleen maar belangrijker geworden.

Ambitie

In Holland Rijnland hebben we grote ambities. De belangrijkste zijn:

  • Tot 2030 bouwen we 30.000 woningen, waarvan 5.600 in de nieuwe Katwijkse woonwijk Valkenhorst. Ook na 2030 verwachten we een forse bouwopgave.
  • We creëren 20.000 nieuwe banen in zowel de kennis- als maakindustrie, met nieuwe economische kernen in de Rijn- en Veenstreek en de Duin- en Bollenstreek. Hiervoor zijn arbeidskrachten nodig met opleidingen die aansluiten bij kansen die de nieuwe economie biedt.
  • We werken aan duurzame bereikbaarheid, waarin openbaar vervoer een prominente rol.
  • Onze energie wekken we duurzaam op, zowel voor bestaande woningen en bedrijven als voor nieuwe locaties. Voldoende netcapaciteit is van groot belang.
  • We maken de regio gereed voor de impact van klimaatverandering en zorgen ervoor dat we door een transformatie van de land- en tuinbouw vitale sectoren behouden, terwijl we tegelijkertijd onze bodem- en waterkwaliteit verbeteren.
  • We waken over onze waardevolle landschappen en vergroten de biodiversiteit in de regio.

Het regeerakkoord en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI) bevestigen deze ambities en doelen. Het Rijk maakt de komende jaren veel geld vrij om deze opgaven op te pakken. Dit vraagt ook wat van ons. We sluiten aan bij de nationale kaders, maar lokaal moet eveneens de spade de grond in.

Koers

We beginnen natuurlijk niet bij nul. Vorig jaar werkten we drie strategieën uit: de Regionale Omgevingsagenda, de Regionale Strategie Mobiliteit en de Regionale Energiestrategie. Hiermee geven we invulling aan de toekomst van de regio. We zien dat het op bepaalde onderwerpen efficiënter en doeltreffender is om gezamenlijk op te trekken. Scherpe keuzes en prioriteiten op regionaal niveau blijven noodzakelijk. Regionale inzet vergroot onze slagkracht richting provincie, het Rijk, andere regio’s of organisaties.

  • In de Regionale Omgevingsagenda leggen we een aantal regionale ruimtelijke keuzes vast over waar toekomstige nieuwbouw, werklocaties, groen, water en energie in onderlinge samenhang een plek moeten krijgen.
  • In de Regionale Strategie Mobiliteit stellen we duurzame mobiliteit voorop. De ambitie is om met schonere, slimmere en andere mobiliteit bereikbaar te blijven, toekomstige regionale ontwikkeling mogelijk te maken en te zorgen dat iedereen mee kan doen aan de samenleving.
  • In de Regionale Energiestrategie 1.0 maken we afspraken samen met de provincie Zuid-Holland en het Hoogheemraadschap van Rijnland over hoe we in 2050 een energieneutrale regio worden en welke stappen we daartoe tot 2030 alvast We zetten in op energiebesparing, warmtenetten, zon op daken en grootschalige opwek door middel van zon en wind.

We realiseren ons dat er meer nodig is dan alleen deze strategieën. Zonder uitvoering blijft het slechts papier. Een strategie is nooit af. Terwijl we aan de slag gaan, blijven we leren en passen we aan waar en wanneer de opgave daarom vraagt.

Aanpak

Sinds de zomer van 2021 werken we aan een werkprogramma voor de nieuwe raadsperiode. De drie strategische documenten vormen hiervoor de basis. In het werkprogramma vertalen we die strategische documenten naar de uitvoering en benoemen we de vaste taken die bij Holland Rijnland zijn belegd. We zien dat niet alle vraagstukken in elke gemeente spelen. Daarom zoeken we met onze nieuw gebiedsgerichte aanpak, optimale coalities om deze doelen te bereiken. Soms met alle gemeenten, soms subregionaal of met een kleine groep gemeenten.

De maatschappelijke opgave waar we binnen Holland Rijnland aan werken gaat natuurlijk verder dan ruimtelijke thema’s. Het Regionaal Bureau Leerrecht zet zich in om schoolverzuim, thuiszitten en voortijdig schooluitval te verminderen. De Regiotaxi vervoert inwoners van deur tot deur. De Service Organisatie Zorg (voormalige TWO Jeugdhulp) koopt passende jeugdhulp in voor kinderen die dat nodig hebben. Daarnaast ondersteunt en adviseert Holland Rijnland bij thema’s zoals maatschappelijke zorg en arbeidsmarktparticipatie.

Samen geven we invulling aan onze ambities en zorgen we ervoor dat Holland Rijnland een bloeiende regio blijft waar het fijn is om te wonen, te werken en te recreëren.

Leeswijzer

De inleiding ging in op de unieke aspecten van de regio Holland Rijnland. Maar ook op de vele opgaven die op ons afkomen, afzonderlijk van en versterkt door de actualiteit rondom de coronapandemie en de situatie in Oekraïne. Ook aan bod kwamen de ambities, geformuleerd om die opgaven het hoofd te bieden, de eerste stappen richting een aanpak op regionaal niveau en het belang van dit schaalniveau.

In die regionale aanpak speelt de gemeenteraad een belangrijke rol. Wat die rol inhoudt in regionale samenwerking en hoe de gemeenteraden bij de besluitvorming worden betrokken, komt aan bod in hoofdstuk 2 ‘Samenwerken in de regio’. Dit hoofdstuk beschrijft de formele en informele wijzen van informeren en samenwerken. Ook de rol van de gemeenteraden in relatie tot die van het dagelijks en algemeen Bestuur wordt beschreven.

Nadat is ingegaan op de verschillende rollen bij regionale besluitvorming, benoemt hoofdstuk 3 ‘Wij werken aan’ de onderwerpen waarop we ons gezamenlijk inzetten. Ook benoemt het waarom het juist voor die onderwerpen belangrijk is en hoe we dat tot nu toe doen of willen gaan doen.

Vervolgens zet hoofdstuk 4 ‘Onze werkwijze’ uiteen welke werkzaamheden de organisatie Holland Rijnland uitvoert. Te weten: het opstellen van regionaal beleid en monitoring, studies en uitvoering. Wat de organisatie precies doet op welk onderwerp, geeft de tabel op pagina 25 weer. In navolging op de Omgevingswet en programma’s van het Rijk en de provincie zien we ook mogelijkheden om gebiedsgericht en projectmatig te gaan werken. Een overzicht van mogelijke investeringsprojecten die bijdragen aan onze gezamenlijke doelstellingen staan in de tabel op pagina 28.

Hoofdstuk 5 ‘Financiën en Organisatie’ beschrijft het huidige financiële beeld, de verschillende fondsen en geeft een inkijkje in de verdeling van de begroting. De wijze waarop de organisatie Holland Rijnland is ingericht, staat ook in dit hoofdstuk.

Nota Bene: dit document is geschreven in de eerste persoon meervoud (‘we’). ‘We’ verwijst naar de gemeentebesturen van Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braassem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Noordwijk, Nieuwkoop, Oegstgeest, Teylingen, Voorschoten en Zoeterwoude en naar het bestuur van Holland Rijnland.

Samenwerken in de regio

Regionale samenwerking vindt plaats op tal van terreinen, in uiteenlopende vormen en vanuit verschillende motieven.1 In sommige samenwerkingsverbanden wordt alleen gezamenlijk taken uitgevoerd, zoals afvalverwerking. In anderen gaat het juist om een beleidsinhoudelijke samenwerking. Gemiddeld nemen gemeenten deel aan 33 samenwerkingsverbanden.

In Holland Rijnland werken we met dertien gemeenten samen op acht verschillende thema’s, zowel uitvoerend als beleidsinhoudelijk. Dat doen we al sinds 2004 en met succes. Voor vraagstukken die de gemeentegrenzen overstijgen en die nauw met elkaar samenhangen, de woningbouwopgave in relatie tot mobiliteit en de nieuwe CO2-normen en aanpak van stikstofuitstoot. Hierbij blijkt de regio een optimale schaal voor het behalen van voordelen op het gebied van kennis, kwaliteit en financiën. Daarnaast kijken de provincie en het Rijk steeds vaker naar de regio als de schaal om bestuurlijke en maatschappelijke opgaven op te pakken. Dat werkt ook andersom, in gezamenlijkheid kunnen we een sterkere vuist maken richting de provincie en het Rijk. Met andere woorden: regionale samenwerking is ‘here to stay’.

Actieve betrokkenheid van gemeenteraadsleden bij regionale samenwerking is tijdrovend. En dat terwijl de meeste raadsleden de handen al vol hebben aan de eigen gemeente. De verschillen tussen de gemeenten zijn bovendien groot. De bevolkingsopbouw in Alphen aan den Rijn is anders dan die in Hillegom en het Nieuwkoops landschap is niet te vergelijken met dat van Leiden. Staatkundig bestaat ‘de regio’ bovendien niet en dat brengt een balanceeroefening tussen effectiviteit en democratische legitimiteit met zich mee. Dat maakt regionale samenwerking complex.

Dit hoofdstuk beschrijft welke rol, instrumenten en verantwoordelijkheden de gemeenteraad heeft om hier zo goed mogelijk mee om te gaan.

De juridische basis

Samenwerkingsorgaan Holland Rijnland is een openbaar lichaam, opgericht op basis van de ‘Wet Gemeenschappelijke Regeling’ (WGR) door gemeenteraden en colleges van de deelnemende gemeenten en kent een algemeen en een dagelijks bestuur.

De gemeenteraden

De gemeenteraden zijn het hoogste orgaan en samen verantwoordelijk voor de koers, de uitvoering én de controle op samenwerkingsorgaan Holland Rijnland.

Op grond van de WGR heeft de gemeenteraad een aantal wettelijke instrumenten, zoals het recht op inlichtingen en verantwoording en het recht op het indienen van zienswijzen op de ontwerpbegroting. Jaarlijks brengt de organisatie Holland Rijnland daarom verslag uit van de uitgevoerde activiteiten en behaalde resultaten. Over de daarbij gemaakte kosten wordt de gemeenteraad geïnformeerd middels een begroting en een financieel jaarverslag. Tussentijds ontvangt de gemeenteraad een halfjaarlijkse voortgangsrapportage, de TURAP. Medio 2022 is een wijziging van de WGR te verwachten. Zie de tekst over de WGR.

In de gemeenschappelijke regeling Holland Rijnland zijn in grote lijnen de taken en verantwoordelijkheden van de organisatie Holland Rijnland vastgelegd. Elke vier jaar schrijft de organisatie in een agenda of werkprogramma hoe de taken en verantwoordelijkheden vertaald worden naar concretere acties. Voor de periode 2022–2026 is dat (in contouren) het document dat voor u ligt. Gemeenteraden worden gevraagd om voorafgaand aan de besluitvorming, voorzien medio 2022, zienswijzen in te dienen.

Het algemeen bestuur

In het algemeen bestuur worden, door elke Holland Rijnland gemeente, twee vertegenwoordigers aangewezen. Deelnemende gemeenten bepalen zélf of zij collegeleden, raadsleden of een combinatie afvaardigen. Deze vertegenwoordigers kennen de standpunten van de eigen gemeenteraad over voorstellen die worden voorgelegd aan het AB.

WGR

Eind 2021 is in de Eerste Kamer het wetsvoorstel ‘ Versterken van de Democratische Legitimatie van de Gemeenschappelijke Regelingen’ aangenomen. Hierdoor zijn enkele aanpassingen gedaan in de Wet Gemeenschappelijke Regeling, die naar verwachting op 1 juni 2022 in werking treden. De aanpassingen zijn bedoeld om raadsleden beter in positie te brengen. In het wetsvoorstel komen onder meer de volgende onderwerpen aan de orde:

  • De mogelijkheid tot het oprichten van een Regionale adviescommissie als klankbordgroep van de gezamenlijke gemeenteraden.
  • Actieve informatieplicht vanuit het bestuur van de gemeenschappelijke regeling richting gemeenteraden.
  • De mogelijkheid om een regionale onderzoekscommissie in te stellen.
  • De formele bevoegdheid om een zienswijze in te dienen voorafgaand aan een besluit én de verplichting van het bestuur om voorafgaand aan het besluit te laten weten of er iets wordt gedaan met de zienswijze.
  • De verplichting om in de gemeenschappelijke regeling iets op te nemen over de rol van de regio ten aanzien van burgerparticipatie.

Succesvol samenwerken

Uiteindelijk zit de winst van succesvolle samenwerking niet in formele oplossingen uit wet- en regelgeving: succesvol samenwerken vraagt serieuze inzet, van alle betrokkenen.

Regionaal samenwerken wordt vaak ervaren als een ‘ver-van-mijn-bed-show’ en een ongrijpbare bestuurslaag. ‘Grip op de regio’ begint met aandacht voor de regio. Het is daarom in het belang van de gemeenten zich bewust te zijn van de rol die de regio speelt in het aanpakken van bepaalde maatschappelijke problemen en met elkaar het gesprek te blijven voeren over het doel, nut en de noodzaak van de samenwerking.

Het is belangrijk dat de gemeenteraden beschikken over voldoende en behapbare informatie. Het loont bovendien om te bekijken hoe de gemeentelijke en regionale (vergader)structuur op elkaar kan worden afgestemd. Er valt veel tijd te besparen als gemeenteraden een aparte commissie ‘regio’ of een ‘regiokamer’ instellen, met een groep raadsleden die zich, in het bijzonder, bezighouden met regionale zaken. Samenwerking opzoeken met andere gemeenteraden, bijvoorbeeld in de voorbereiding van zienswijzen, loont. Het voordeel van een gemeenschappelijke regeling is dat meerdere gemeenten betrokken zijn en dus ook een veelvoud van raadsleden. We hoeven niet allemaal zelf het wiel uit te vinden.

Ook de organisatie van Holland Rijnland heeft een belangrijke rol in de informatievoorziening. Naast de formele processen, het tijdig versturen van de jaarcijfers en (vergader)stukken, doet de organisatie dit ook op informele wijze. Bijvoorbeeld door inhoudelijke vraagstukken toegankelijk te presenteren vóórdat er besluiten zijn genomen op één van de Holland Rijnlandcongresdagen of themacafés. Informatie over de belangrijkste ontwikkelingen, mijlpalen en de agenda is te lezen in een maandelijkse nieuwsbrief.

Holland Rijnland congres

Twee keer per jaar een congres voor raadsleden, bestuurders en ambtenaren. Tijdens deze congressen is ruimte voor gedachtewisseling buiten de formele besluitvorming om.

Themacafé

Zes keer per jaar een avond specifiek gericht op één thema. Dit is voor raadsleden, bestuurders en ambtenaren.

In november 2021 spraken we bijvoorbeeld met elkaar over de woningbouwopgave. Raadsleden, ambtenaren, betrokken burgers en woningbouwcorporaties gingen met elkaar in gesprek over pijnpunten en mogelijke oplossingen. Deze uitkomsten worden gebruikt bij het actualiseren van het regionale woonbeleid.

Nieuwsbrief

Informatie over de belangrijkste ontwikkelingen, mijlpalen en (aanstaande) bijeenkomsten is te lezen in een maandelijkse nieuwsbrief.


Wij werken aan

Dit hoofdstuk gaat in op de verschillende thema’s waarop we regionaal optrekken en waarom het belangrijk is om juist op deze onderwerpen gezamenlijk aan de slag te gaan.

Groen en blauw

‘Klimaatadaptief, open en divers’

Het landschap in de regio is bijzonder divers. Kust, landgoederen, polders, plassen, bloemenvelden en aantrekkelijke steden en dorpen wisselen elkaar af. Hiermee heeft de regio veel te bieden qua toerisme en recreatie, zowel voor onze eigen inwoners als voor bezoekers van daarbuiten. De coronapandemie maakte ons nog eens extra bewust van de waarde van het nabije groen. Helaas staat het landschap onder druk. De behoefte aan ruimte voor wonen en werken neemt toe. Daarnaast zorgen stiksto depositie en CO2-uitstoot ervoor dat het soortenrijkdom verschraalt. Verder gaat de biodiversiteit hard achteruit en maken extreme regenval en droogte de waterhuishouding complex. Ook in onze regio vereist dit een land- en tuinbouwtransitie. Onder andere de hoge energieprijzen werpen hier nieuwe barrières op.

Omdat groen niet stopt bij de gemeentegrens, werken we samen om het landschap te behouden en te versterken. Zo leveren we een flinke bijdrage aan het project Land van Ons in Vrouwe Vennepolder in Kaag en Braassem. Hier wordt geëxperimenteerd met duurzamere landbouw op vernatte grond. Ook financieren we een deel van de Limes Bubble Barrier in Katwijk, een soort luchtbellenscherm in de monding van de Oude Rijn, die plastic uit het rivierwater filtert voordat dit de zee bereikt. We denken na over veranderend landgebruik in ons buitengebied.

  • De oppervlakte van de regio bestaat voor 18% uit water
  • 48% van het grondgebruik in Holland Rijnland is agrarisch terrein
  • Holland Rijnland heeft 375 km aan wandelroutes

Energie

‘Een energieneutrale regio in 2050’

We verwarmen onze huizen, scholen en ziekenhuizen, rijden auto en maken producten. Daarbij verbruiken we energie en stoten dus broeikasgassen uit. De Klimaatwet stelt dat we in 2050 95% minder CO2 uitstoten dan in 1990. Daarbij komt dat we ook onafhankelijk willen zijn van Russische grondstoffen. De Europese Commissie stelt dat het eind 2023 de Russische gasimport met tweederde heeft afgebouwd, om in 2030 helemaal zonder Russisch gas te voorzien in de energiebehoefte. De gevolgen voor de energietransitie, zijn nog niet bekend. Het betekent in ieder geval dat de energievoorziening zoals we die nu kennen, ingrijpend en snel zal veranderen. Het tekort aan vakmensen om die verandering te bewerkstelligen, vormt hierbij nog een extra uitdaging.

Nederland is ingedeeld in dertig energieregio’s, die ieder een eigen Regionale Energie Strategie (RES) opstellen. In die regio’s werken gemeenten, waterschappen en provincies samen om in 2050 energieneutraal te zijn. In de zomer van 2021 leverde de RES-regio Holland Rijnland de eerste versie van haar energiestrategie op. Om de doelstelling te behalen en de regio leefbaar te houden voor toekomstige generaties, zetten we in op energiebesparing, duurzame mobiliteit, duurzame warmtebronnen en de opwek van duurzame elektriciteit. Daarnaast zijn investeringen in de energie-infrastructuur nodig. In het project Zon op Dak onderzoeken bedrijven en gemeenten de mogelijkheden om zonne-energie op te wekken op grote daken. Ook wordt ingezet op uitbreiding van het netwerk van laadpalen voor elektrische auto’s.

  • Holland Rijnland stoot jaarlijks 3 Mton aan CO2 uit
  • 15,2% van alle woningen in Holland Rijnland heeft ten minste één zonnepaneel
  • In opmaat naar de RES 1.0 is met meer dan 000 mensen in de regio gesproken

Maatschappij

‘Iedereen telt en doet mee’

Iedereen moet de kans krijgen mee te doen in de maatschappij en zichzelf te ontwikkelen. Veel mensen lukt dit zelfstandig of met hulp vanuit de directe omgeving. Sommigen hebben echter een extra steuntje in de rug nodig. Wellicht omdat hun opleiding niet meer aansluit bij de huidige arbeidsmarkt. Maar iemand kan ook behoefte hebben aan (langdurige) maatschappelijke zorg als gevolg van fysieke, mentale en/of financiële problemen.

Leren is naast een plicht ook een recht. Het Regionaal Bureau Leerrecht richt zich op onderwijs voor jongeren die niet meer naar school gaan. Samen met ouders, jongeren en scholen zetten zij in op onderwijs voor ieder kind. De organisatie Holland Rijnland verzorgt de Regiotaxi, waardoor iedereen toch de deur uit kan. We bouwen mee aan een inclusieve samenleving. Daarnaast adviseren we gemeenten en hun samenwerkingspartners over regionale aspecten van het arbeidsmarktbeleid en maatschappelijke zorg. Daarvoor organiseren we de benodigde overleggen.

  • De regio Holland Rijnland heeft 573.333 inwoners (peildatum: 01-10-2021)
  • 61 duizend kinderen op het primair en middelbaar onderwijs
  • 8 duizend leerlingen op het MBO tot 23 jaar

Jeugdhulp

‘Passende hulp en ondersteuning voor jeugdigen’

 Het is belangrijk dat jeugdigen gezond en veilig opgroeien en hun talenten te kunnen ontwikkelen. Zo kunnen zij, nu en later, naar vermogen deelnemen in en bijdragen aan de maatschappij. Jeugdigen die het nodig hebben, krijgen de best passende hulp aangeboden. Het gaat om hulp en ondersteuning die zo veel mogelijk is ingebed in het dagelijks leven van de kinderen en jongeren. Dichtbij, integraal en zonder onnodige bureaucratie.

Gemeenten hebben sinds 2015 de wettelijke plicht om ervoor te zorgen dat er altijd passende jeugdhulp beschikbaar is. Ook al blijkt het rijksbudget elk jaar ontoereikend en houden de financiële tekorten in de jeugdhulp aan. Om de zorg voor kinderen en gezinnen te waarborgen, is een kwalitatief goed én betaalbaar jeugdhulpstelsel essentieel. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het bieden van jeugdhulp. Via de Serviceorganisatie Zorg (voorheen TWO Jeugdhulp) kopen we gezamenlijk specialistische jeugdhulp in bij jeugdhulpaanbieders. Per 2023 wordt de Serviceorganisatie Zorg een eigen gemeenschappelijke regeling, los van de organisatie Holland Rijnland.

De gemeente Voorschoten koopt de jeugdhulp in via regio Haaglanden. Alphen aan den Rijn en Kaag en Braassem doen een deel van de inkoop jeugdhulp in eigen beheer.

  • 12,7% van alle jongeren onder de 18 jaar maakt gebruik van een vorm van jeugdhulp (tegen gemiddeld 10,5% in Nederland)
  • Bijna 12 duizend nieuwe jeugdhulptrajecten per jaar

Ruimte

‘Slimme keuzes’

Zonnepanelen, woningen, bedrijven, duurzame land- en tuinbouw en klimaatadaptatie moeten een plekje krijgen. Ruimte is schaars. Tegelijkertijd vragen de opgaven en transities daar wel om. Ook willen we het landschap en de natuur zoveel mogelijk beschermen. Binnen onze regio is er een enorme druk op de ruimte, zowel in de drukke steden als richting dunnerbevolkte gebieden. Om de beschikbare ruimte zo optimaal mogelijk te benutten, is regionale samenwerking noodzakelijk.

Opgaven beïnvloeden verschillende delen van de regio op een andere manier. Op de stedelijke as (Katwijk-  Leiden – Alphen aan den Rijn) zien we vooral stedelijke vraagstukken die we in samenhang bekijken. We willen zorgen voor voldoende ruimte voor wonen en werken, goede bereikbaarheid, duurzame energievoorziening en een prettige leefomgeving. De verstedelijkingsopgave concentreren we op de verstedelijkingsas om zo het diverse landschap van Holland Rijnland te sparen. Buiten de verstedelijkingsas kijken we naar de opgaven die spelen in de verschillende deelgebieden. Zoals bodemdaling, water- en klimaatadaptatie en de noodzaak om biodiversiteit te herstellen in het landelijk gebied. Vitaliteit van de kleine kernen en de bereikbaarheid is belangrijk. Bovengenoemde leeft ook in de Duin- en Bollenstreek, maar heeft gezien het karakter van dit gebied, een wat andere insteek. Hier bezint men zich ook op het toekomstperspectief door de Intergemeentelijke Structuurvisie Greenport te evalueren en waar nodig te actualiseren.

  • Het totale oppervlakte van onze regio is 542 km2
  • Vier lijnen in onze ruimtelijke strategie: sterke kenniseconomie en bedrijvigheid, huisvesting, infrastructuur voor mobiliteit en energie en toekomstperspectief landschap

Mobiliteit

‘Een duurzaam bereikbare regio’

Mobiliteit is meer dan snel reizen van A naar B. Goede bereikbaarheid speelt een essentiële rol in het leefbaar houden van kleine kernen. In ons gebied spelen deze leefbaarheidsopgaven, vooral in de Rijn- en Veenstreek en de Duin- en Bollenstreek. Hier staat het openbaar vervoer constant onder druk. De economische ontwikkeling van een gebied hangt sterk af van een goede bereikbaarheid voor mensen en goederen. Mobiliteit zorgt voor de verbinding van (nieuwe) woningen met voorzieningen. Het thuiswerkadvies rondom corona veranderde ons reisgedrag waarvan de effecten zichtbaar waren in het gebruik van de auto en het openbaar vervoer. De afgelopen maanden zijn de brandstofprijzen enorm gestegen, door het internationale conflict met Rusland. Ook dit heeft gevolgen voor de mobiliteit. Verder heeft onze manier van bewegen ook invloed op de gezondheid, denk bijvoorbeeld aan autogerelateerde luchtvervuiling en de extra lichaamsbeweging als je in plaats van de auto de fiets pakt.

Schoner, slimmer en anders is onze ambitie. Een regionaal mobiliteitsproject is de gebiedsontwikkeling rondom Leiden Centraal. Samen met investeringen in snellere, betere OV-verbindingen is de regio nog beter verbonden met de rest van Nederland. Investeringen in OV maken bussen en treinen aantrekkelijkere alternatieven voor de auto. Ook het fietsgebruik proberen we te promoten, door de aanleg van doorfietsroutes. De organisatie Holland Rijnland werkt ook aan de OV-concessie, het pakket van buslijnen dat de provincie Zuid-Holland gunt aan vervoerders. Daarnaast blijven investeringen in de weginfrastructuur nodig, zoals de ontsluiting van de noordelijke Duin- en Bollenstreek.

  • Binnen de regio is het gemiddeld 3,9 km naar het dichtstbijzijnde treinstation
  • Elke werkdag 100.000 reizigers op Leiden Centraal
  • Jaarlijks 170.000 ritten met de regiotaxi

Wonen

‘30.000 nieuwe woningen tot 2030’

 Er is enorme krapte op de woningmarkt. Starters vinden geen woning, er zijn jarenlange wachtlijsten voor sociale huurwoningen en ook huisvesting voor arbeidsmigranten en statushouders is een uitdaging. Daarbij houden we rekening met een grote stroom vluchtelingen uit Oekraïne, die we willen opvangen. De Nationale Woon- en Bouwagenda stelt dat van de 900.000 woningen die er tot en met 2030 moeten worden gebouwd, tweederde betaalbaar moeten zijn. Het streven is om ten minste 30 procent van de woningvoorraad te laten bestaan uit sociale huurwoningen. Dat is niet eenvoudig. Want waar is er plaats voor die woningen, rekening houdend met onder meer de gevolgen van klimaatverandering en de benodigde investeringen in netcapaciteit en mobiliteit? En wat voor woningen bouwen we? Hoe zorgen we dat die woningen klimaatbestendig en betaalbaar zijn?

Het zijn cruciale vragen, waarover we ons met de woningbouwcorporaties buigen. We maken afspraken zodat de lusten en de lasten eerlijk worden verdeeld. Zo hebben we het woonruimteverdeelsysteem ‘Huren in Holland Rijnland’ dat sociale huurwoningen en woonwagenstandplaatsen toewijst. We stemmen af waar statushouders en spoedzoekers worden opgevangen. Een belangrijke, uitvoerende taak binnen de organisatie Holland Rijnland vervult de urgentiecommissie. Met een urgentieverklaring krijgen mensen in schrijnende situaties voorrang op een sociale huurwoning. Tenslotte wordt nagedacht over hoe regionale samenwerking de woningbouw kan versnellen.

  • In de regio zijn 292 woonwagenstandplaatsen
  • 30% van alle woningen in de regio is sociale huurwoning
  • Gemiddelde WOZ-waarde van in Holland Rijnland is 000

Economie

’20.000 extra banen’

 Holland Rijnland ligt centraal tussen de metropoolregio’s Amsterdam en Rotterdam-Den Haag en is daarom een aantrekkelijke vestigingslocatie. Zo bevinden zich in onze regio grote kennisclusters en ook internationaal toonaangevende greenports. Er is een sterk en divers segment van mkb’ers én er zijn internationale bedrijven zoals Heineken, AkzoNobel en Airbus. Maar hoewel de regio zeer productief is, dreigt ze achter te blijven qua ontwikkeling. We zien dat winst te behalen valt in de ontwikkeling van een sterk economisch profiel. We willen de banden tussen de kennisclusters en het mkb elders in de regio versterken. Verder spelen we in op de toekomstige economie, die duurzaam, circulair en digitaal zal zijn. Dit vraagt naast innovatie, om goed geschoold personeel dat echter steeds schaarser wordt.

We vergroten daarom onze inzet op economie. We willen komen tot een gedeeld regionaal economisch profiel, dat het mogelijk maakt Holland Rijnland bij hogere overheden beter op de kaart te krijgen. Onlangs nog maakte het ministerie van Economische Zaken en Klimaat bekend dat het 250 miljoen beschikbaar stelt voor het zogenaamde Deep Tech Fonds. We sluiten daarop aan door ook zelf middelen beschikbaar te stellen. We zetten het cofinancieringsfonds voort en overwegen de middelen te vergroten. Vanuit dit fonds ondersteunen we innovatieve, economische en sociale projecten. Zo financierden we eerder onder andere een circulair project rondom biochar, een duurzaam alternatief voor veen.

  • De regio telt drie Greenports in bomen-, bloemen- en bollenteelt
  • Holland Rijnland 1.426.100 m2 aan kantooroppervlakte
  • 20% van de beroepsbevolking in de regio is werkzaam in de sector gezondheid en welzijn

Onze werkwijze

De organisatie Holland Rijnland verricht op de thema’s besproken in het voorgaande hoofdstuk verschillende soorten activiteiten. Dit betreft regionaal beleid en monitoring, studies, uitvoerende taken én in de toekomst een gebiedsgerichte aanpak. Dit hoofdstuk beschrijft die activiteiten.

Regionaal beleid en monitoring

De organisatie Holland Rijnland zal, net als in de vorige raadsperiodes, een aantal sectorale beleidsdocumenten leveren en de voortgang van de gemaakte afspraken monitoren. Voor totstandkoming van regionaal beleid en monitoring is de rol van gemeenten cruciaal. Zonder het meedenken en de input, op ambtelijk en bestuurlijk niveau, komt het niet van de grond. Ook in het betrekken en informeren van de gemeenteraad en de inwoners spelen gemeenten een grote rol.

Deze documenten maken we vaak in opdracht van de provincie Zuid-Holland en ten behoeve van planologische medewerking. Voorbeelden van deze beleidsdocumenten zijn de woningbouwprogrammering en de regionale bedrijventerreinenstrategie. De organisatie Holland Rijnland zorgt daarnaast ook voor actuele kaders voor de uitvoerende taken die we regionaal oppakken, zoals de Regionale Huisvestingsverordening. Hoe vaak deze producten geactualiseerd worden verschilt. Sommige jaarlijks, andere eens per vier jaar.

Studies

In de komende raadsperiode starten we met de uitvoering van de ROA, RSM en RES. Maar voordat die uitvoering vormgegeven kan worden, is een aantal verdiepende studies nodig. Het doel van die studies is investeringsopgaven te identificeren én onderbouwen. Vaak zal ontwerpend onderzoek nodig zijn, maar ook maatschappelijke kosten-batenanalyses zijn opportuun voor sommige projecten. Op basis van de omvang, zullen studies onder de regie van Holland Rijnland, een subregio of een gemeente uitgevoerd worden.

Uitvoerende taken

De organisatie Holland Rijnland voert, in opdracht van de gemeenten, drie uitvoerende taken uit:

  • Het Regionaal Bureau Leerrecht geeft voor elf van de dertien gemeenten uitvoering aan de Leerplichtwet en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie voor voortijdig schoolverlaten.
  • Het secretariaat van de Regionale Urgentiecommissie.
  • De aanbesteding, het onderhouden van contacten met betrokken partijen en het voeren van stevig contractbeheer met aanbieder(s) van de Regiotaxi.
  • Een overzicht van de activiteiten die de organisatie Holland Rijnland verricht in opdracht van gemeenten is opgenomen in de hiernavolgende figuur.  In de bijlage treft u een uitgebreidere beschrijving per activiteit aan.

Infographic activiteiten Holland Rijnland

Gebiedsgericht werken

De organisatie Holland Rijnland wil, na gesprekken hierover met alle gemeenten, gaan inzetten op een gebiedsgerichte aanpak. In de praktijk zal dit betekenen dat we in wisselende coalities projectmatig aan de slag gaan met het identificeren én realiseren van investeringsprojecten. Deze aanpak wordt ook aanbevolen vanuit de Omgevingswet en wordt aan gewerkt door het Rijk en de provincies. Denk hierbij aan het Nationaal Programma Landelijk gebied, het Programma Energiehoofdinfrastructuur en het Programma Gezonde Leefomgeving. Zo wordt in het kader van NOVI Groene Hart al gewerkt.

Door projecten te bundelen in grotere investeringsprogramma’s, “gebiedsprogramma’s”, creëren we schaalgrootte en vergroten we de kansen voor cofinanciering vanuit het Rijk, de provincie en andere bestuurslagen en organiseren we zo een multiplier op onze eigen middelen. Het Rijk stelt in het nieuwe coalitieakkoord middelen beschikbaar om aan de slag te gaan met een aantal grote maatschappelijke opgaven die ook in onze regio spelen, waaronder natuurherstel, klimaatadaptatie, de energietransitie en stikstofproblematiek. Zo stelt zij €35 miljard beschikbaar voor een tijdelijk klimaatfonds, €25 miljard voor een stikstoffonds en €7,5 miljard voor de versnelling van de woningbouw in de komende tien jaar.

Het is te bezien of deze middelen beschikbaar blijven gezien de geopolitieke situatie in Oekraïne en de gevolgen hiervan, waaronder stijgende energieprijzen, de opvang van vluchtelingen en de dalende koopkracht.

Om aanspraak te kunnen maken op die middelen, is het nodig projecten en programma’s, individueel en collectief, te ontwikkelen die aansluiten op de landelijke doelstellingen. Ook bij de Provincie Zuid-Holland en de Europese Unie zijn middelen beschikbaar. Programma’s en projecten moeten om in aanmerking te komen voor die middelen een substantiële omvang hebben en in voldoende mate zijn uitgewerkt. De bijdrage aan maatschappelijke doelen moet overtuigend onderbouwd zijn. De organisatie Holland Rijnland denkt dat de geschetste gebiedsgerichte aanpak hierbij gaat helpen. Hiermee hebben we het Rijk en de provincies iets te bieden: concreet uitgewerkte, realiseerbare en onderling afgewogen investeringsprojecten die aantoonbaar bijdragen aan de brede welvaart.

Integrale gebiedsontwikkeling Duin- en Bollenstreek

In de Duin- en Bollenstreek zijn de bollenteelt en het kustgebied kenmerkend voor het landschap en hebben een grote aantrekkingskracht op toeristen en recreanten. Het gebied is verbonden met de Zuidelijke Randstad én met de Metropoolregio Amsterdam. Hier spelen uitdagingen als de toekomstbestendigheid van de bollenteelt en daarmee samenhangend de noodzaak tot economische vernieuwing, de bereikbaarheid vanuit het Noorden en de vitaliteit van kleine kernen. Dit gebiedsgerichte programma bewaart de samenhang in de verschillende investeringsprojecten rondom de ontwikkeling van de Duin- en Bollenstreek.

Verstedelijkingsas Noordwijk-Katwijk-Leiden-Alphen aan den Rijn

Grootschalige verstedelijking vindt plaats langs de as Noordwijk-Katwijk-Leiden-Alphen aan den Rijn (zie ROA) om he karakteristieke landschap in de rest van de regio te behouden. Verstedelijken is meer dan huizen bouwen: het vraagt ook uitbreiding van energieinfrastructuur, maatregelen om de effecten van klimaatverandering op te vangen, werkgelegenheid, goede bereikbaarheid en ruimte voor bedrijven. Kennisclusters NL Space, Unmanned Valley en Leiden Bioscience Park bieden kansen voor groei van werkgelegenheid, op de campussen zelf en in wisselwerking met andere delen van de economie. Dit gebiedsgerichte programma versterkt de samenhang in de ontwikkelingen binnen de verstedelijkingsas.

Toekomstbestendig landelijk gebied

Holland Rijnland heeft naast verstedelijkte delen ook een groot buitengebied met agrarische bedrijven, mogelijkheden voor toerisme en recreatie en vele kleine kernen. Hier vormt biodiversiteitsverlies een grote uitdaging, net als bodemdaling, waterkwaliteit en extreme weersomstandigheden. Voor de vitaliteit van de kleine kernen is het belangrijk dat deze goed bereikbaar zijn en kunnen bouwen naar behoefte. Het landelijk gebied kent een sterke wisselwerking met het verstedelijkt gebied. Dit gebiedsgerichte programma bevat projecten die inspelen op het toekomstbestendiger maken van gebruiksmogelijkheden en waarden van het landelijk gebied.

Holland Rijnland als geheel

Sommige projecten zijn voor het hele gebied van Holland Rijnland van toegevoegde waarde, Een voorbeeld vanuit het thema wonen is het opzetten van een gezamenlijke bouwstroom voor prefab woningen. Of bijvoorbeeld aan het ontwikkelen van multimodale mobiliteitshubs verspreid over de regio om het gebruik van alternatieve, duurzamere vervoersmiddelen te stimuleren. Of aan de ontwikkeling van warmtenetten. Dit gebiedsgerichte programma verzamelt dergelijke projecten en werkt ze uit.

Vorming portfolio investeringsprojecten

Vanuit de gebiedsprogramma’s kan de organisatie Holland Rijnland een rol spelen in het identificeren en ophalen van investeringsprojecten die er regionaal toe doen en waarbij we elkaar nodig hebben. Ook kan zij het bewaken van de samenhang daartussen voor haar rekening nemen. Tenslotte kan zij de uitwerking van projecten aanjagen en de uitwerking ondersteunen. De gemeenten zijn primair verantwoordelijk voor het aandragen en uitwerken van projectideeën, de cofinanciering en het managen van de realisatie op het eigen grondgebied.

Het zal nodig zijn om samen tot een prioritering te komen van noodzakelijke investeringsprojecten. We kunnen immers niet alles (tegelijk) doen. De uiteindelijke beslissing voor welke projecten uitgevoerd gaan worden ligt natuurlijk bij de gemeentebesturen.

De eerste projecten zijn geïdentificeerd in de ROA, RSM en RES 1.0. Ook zijn in gesprekken tussen de organisatie Holland Rijnland en de gemeenten ideeën naar voren gekomen voor nieuwe regionale investeringsprojecten. In de tabel geven we investeringsprojecten die nu in beeld zijn weer. Dit is geen complete lijst, veel projecten vragen nog nadere studie om ze van context en onderbouwing te voorzien. De verwachting is dat er investeringsprojecten bijkomen én afvallen. De tabel geeft een idee om wat voor soort projecten het gaat. Hoe we hier als regio concreet mee aan de slag gaan en welke rol de organisatie Holland Rijnland hierin speelt en welke rol gemeenten nemen, komt altijd terug op de bestuurlijke tafel. Nieuwe gemeentebesturen beslissen hierover.

Infographic investeringsprojecten

Ontwikkeling en realisatie financieringsstrategie

Regionale ambities realiseren door middel van projecten vraagt aanzienlijke investeringen. Op dit moment zijn gemeenten bij nieuwe regionale projecten afhankelijk van het ad hoc draagvlak en de draagkracht van andere partijen waaronder de provincie en het Rijk. De investeringsmiddelen die door de gemeenten in een eerdere periode zijn gebundeld in regionale investeringsfondsen en voor forse multipliers hebben gezorgd, zijn echter voor een groot deel al uitgegeven of verplicht (zie hierover ook het hoofdstuk financiën). Dit gaat ten koste van de slagkracht en flexibiliteit van de regio om waardevolle projecten mogelijk te maken op het moment dat deze zich voordoen.

Cofinanciering is de sleutel, maar vraagt bereidheid van ‘de indienende partij’ zelf bij te dragen. Gemeenten moeten bereid zijn middelen beschikbaar te stellen om zo de kans op een multiplier te vergroten. Met het oog op de gemeentefinanciën, vraagt dit veel van gemeenten. Echter levert dit ook veel externe middelen op, waarmee ambities gerealiseerd kunnen worden.

Regionaal Investeringsfonds: 2007 en nu

Bij de oprichting van het RIF in 2007 waren er in de regio ook regionale ambities, toen op het gebied van bereikbaarheid en leefbaarheid. Om die ambities te kunnen waarmaken, stemde het algemeen bestuur in met de oprichting van een Regionaal Investeringsfonds.

Nu, in 2022, bevinden we ons in een andere situatie. Voor het RIF waren heel concrete projecten geïdentificeerd waarvoor financiering ter beschikking werd gesteld. Zo ver zijn we nu nog niet. We kennen de grote lijnen, maar de exacte invulling moet nog bepaald worden.

Ook ziet het financieringslandschap er nu anders uit. Het nieuwe kabinet trekt ongekend grote bedragen uit voor grote vraagstukken die ook in Holland Rijnland spelen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan natuurherstel, klimaatadaptatie, de energietransitie en stikstofproblematiek. Bij het Rijk wordt nu uitgewerkt hoe dat geld uitgegeven gaat worden en hoe zij dit naar projecten laten doorstromen.

Financieringsstrategie

De organisatie Holland Rijnland wil de gemeenten ondersteunen bij de ontwikkeling van nieuwe financiële instrumenten. Zo versterken we de financiële armslag, zodat zij past bij onze regionale ambities. Dit gebeurt op een manier die kan rekenen op voldoende draagvlak bij gemeenten. Enkele voorstellen hiervoor zijn benoemd in het kader hieronder.

Hoe de organisatie Holland kan ondersteunen met de ontwikkeling van nieuwe financiële instrumenten:

  • Per project benoemd in de vorige paragraaf gaan we in Samen met gemeenten en regiopartners onderzoeken we waar financiële knelpunten of kansen liggen en hoe regionale samenwerking binnen Holland Rijnland meerwaarde biedt. Regiopartners zijn bijvoorbeeld InnovationQuarter, de Economic Board Zuid-Holland of de Provincie.
  • Ook wil de organisatie Holland Rijnland kijken naar andere regio’s en welke ervaringen zij hebben met de instrumenten die zij
  • De organisatie Holland Rijnland denkt dat op gebied van public affairs winst te behalen Denk bijvoorbeeld aan het gericht en gecoördineerd versterken van relatienetwerken, lobby en belangenbehartiging te ondernemen en het opzetten van strategische communicatie richting verschillende doelgroepen.
  • Tot slot moet de regio beter gebruik maken van bestaande cofinancieringsmogelijkheden vanuit het Rijk en Er bestaan vele themagerichte subsidieprogramma’s en investeringsfondsen die aansluiten op de ambities uit de ROA, RSM en RES.

Financiën & organisatie

De organisatie Holland Rijnland faciliteert de regionale samenwerking binnen de regio. Sommige gemeenten hebben de taken die de organisatie Holland Rijnland uitvoert op een andere wijze georganiseerd. Zo zijn Alphen aan den Rijn en Nieuwkoop niet aangesloten bij het Regionaal Bureau Leerrecht en koopt de gemeente Voorschoten de jeugdhulp in via regio Haaglanden. Alphen aan den Rijn en Kaag en Braassem doen een deel van de inkoop jeugdhulp in eigen beheer.2

Door de verschillende taken die de organisatie voor de verschillende gemeenten uitvoert, kan de gemiddelde gemeentelijke bijdrage verschillen. In 2022 is de gemiddelde reguliere bijdrage per inwoner € 10,65. In 2021 was dat € 10,59. De bijdrage die elke gemeente individueel levert wordt bepaald aan de hand van het aantal inwoners in de gemeente en de taken die de organisatie Holland Rijnland voor deze gemeente uitvoert. Voor gemeenten die onderdeel zijn van het Regionaal Bureau Leerrecht wordt de bijdrage ook bepaald aan de hand van het aantal leerlingen.

In de volgende tabel is de totale bijdrage per gemeente weergegeven. De begroting van Service Organisatie Zorg (voorheen TWO) wordt verdeeld op basis van de realisatie jeugdhulp per gemeente van het jaar t-1.

Aantal inwonersAantal leerlingen (5-17 jr)Verdeling TWOTotale bijdrage in 2021Reguliere bijdrage in 2022TWO bijdrage in 2022
Alphen aan den Rijn111.897-4,88%€ 1.001.711,00€ 847.549,00€ 114.615,00
Hillegom22.2093.1195,33%€ 372.468,00€ 258.956,00€ 125.184,00
Kaag en Braassem27.2973.8790,68%€ 326.200,00€ 319.605,00€ 15.971,00
Katwijk65.75310.83318,68%€ 1.225.075,00€ 813.189,00€ 438.731,00
Leiden125.09914.14727,78%€ 2.017.168,00€ 1.359.108,00€ 652.460,00
Leiderdorp27.0563.9525,60%€ 455.910,00€ 319.903,00€ 131.525,00
Lisse22.9553.2604,90%€ 374.807,00€ 268.709,00€ 115.085,00
Nieuwkoop28.811-7,02%€ 381.791,00€ 218.225,00€ 164.877,00
Noordwijk43.5085.9558,35%€ 674.941,00€ 502.787,00€ 196.114,00
Oegstgeest24.8404.1396,25%€ 417.466,00€ 308.558,00€ 146.792,00
Teylingen37.4405.6788,88%€ 644.592,00€ 448.768,00€ 208.562,00
Voorschoten25.5964.1610,00%€ 303.357,00€ 314.925,00-
Zoeterwoude8.6051.2701,66%€ 129.015,00€ 102.124,00€ 38.988,00
Totaal571.06660.393100,00%€ 8.324.500,00€ 6.082.405,00€ 2.348.904,00

Beschikbaar procesgeld en investeringsbudget

De begroting van de organisatie Holland Rijnland heeft in 2022 een omvang van in totaal € 10,2 mln. De reguliere bijdrage vanuit de gemeenten is voor de uitvoering van de taken (€ 6,1 mln.). De bijdrage voor de Service Organisatie Zorg wordt in 2022 voor het laatst ontvangen (€ 2,3 mln). De hoogte van de bijdragen wordt elk jaar aangepast op basis van indexaties bepaald door de bestuurlijke werkgroep Financiële Kaderstellingen Gemeenschappelijke Regelingen. De organisatie Holland Rijnland heeft hierin geen zitting en kan de bijdragen dus ook niet medebepalen. Naast de reguliere bijdragen ontvangt de organisatie Holland Rijnland ook subsidies en specifieke leges voor de uitvoering van de woonruimteverdeling voor de toetsing van urgentieverzoeken.

De werkzaamheden beschreven in het vorige hoofdstuk vragen capaciteit. Het merendeel van de gelden van Holland Rijnland wordt besteed aan personeelskosten. Voor 2022 is er € 5,7 mln. aan salarislasten begroot. Voor uitvoeringskosten is dit € 3,2 mln. De ondersteuning van Servicepunt71 is begroot op ruim € 0,7 mln. € 0,6 mln. is gereserveerd voor het verstrekken van subsidies.


Cofinancieringsfonds

Uit de reguliere bijdragen wordt ook het cofinancieringsfonds gevuld. Dit fonds is bedoeld voor bovengemeentelijke initiatieven uit de regio die een innovatief karakter hebben en bijdragen aan het realiseren van de opgaven. Om kans te maken op cofinanciering moet een initiatief actueel, kansrijk, op te schalen én duurzaam zijn. De financiering van de organisatie Holland Rijnland is bedoeld als multiplier om externe gelden aan te trekken. Een belangrijke voorwaarde is ook dat derden (kennisinstellingen, ondernemingen of andere overheden) het grootste deel van de investering financieren. Tot nog toe heeft elke euro uit het fonds geleid tot een investering van circa € 20. In 2022 is € 527.460 beschikbaar.

Regionaal Investeringsfonds (RIF)

Het Regionaal Investeringsfonds is door het Algemeen Bestuur ingesteld om concrete stappen te zetten om de bereikbaarheid en de leefbaarheid van de regio te verbeteren. Het RIF werd vanaf 1 januari 2008 via een separate geldstroom gevoed met bijdragen van de deelnemende gemeenten (de Leidse regio, inclusief de toenmalige gemeente Alkemade, en de Duin- en Bollenstreek). Het fonds werkt als katalysator en is een belangrijke motor voor cofinanciering van specifieke regionale projecten. De gemeenten brachten in twee tranches € 180 miljoen bijeen.

Deze middelen zijn grotendeels belegd voor een vijftal projecten/programma’s:

  • De RijnlandRoute
  • Het Hoogwaardig OV-netwerk Zuid Holland Noord (HOV-netwerk ZHN)
  • Het Programma Ontsluiting Greenport
  • Vitalisering Greenport Duin- en Bollenstreek
  • Het Regionaal Groenprogramma

Het Regionaal Investeringsfonds had initieel een looptijd tot 2023. De middelen zijn grotendeels uitgegeven of verplicht en de projecten zijn vergevorderd. Voor een aantal maatregelen uit het Programma Ontsluiting Greenport zijn echter nog geen uitvoeringsovereenkomsten afgesloten en is ruimte voor herprioritering. In het Groenprogramma is nog €1,2 miljoen beschikbaar. De looptijd van het project Rijnlandroute en van het Groenprogramma is verlengd tot 2025 en het Programma Ontsluiting Greenport loopt tot eind 2022. De looptijd van het HOV-netwerk ZHN en Vitalisering Greenport Duin- en Bollenstreek is naar aanleiding van de tussenevaluatie uit 2020 verlengd tot 2027.

Voor de realisatie van de regionale ambities zijn aanzienlijke extra investeringen nodig. Er zijn nauwelijks mogelijkheden voor cofinanciering vanuit de provincie Zuid-Holland en op dit moment beschikt de regio Holland Rijnland over relatief weinig middelen. Het vinden van nieuwe financieringsvormen is van groot belang. De organisatie Holland Rijnland kan de gemeenten ondersteunen bij het ontwikkelen van deze nieuwe financiële instrumenten. Meer hierover is te vinden in het hoofdstuk ‘Onze werkwijze’, onder het kopje ‘Ontwikkeling en realisatie financieringsstrategie’.

Organisatie

De organisatie Holland Rijnland bestaat uit de volgende organisatieonderdelen:

  • Afdeling Strategie en beleid (13,46 FTE)
  • Afdeling Uitvoering (27,98 FTE)
    • Leerrecht en thuiszitters
    • Voortijdig schoolverlaten (RMC)
    • Woonurgenties
    • Regiotaxi
  • Serviceorganisatie Zorg*
  • Staf (13,56 FTE incl. secretaris-directeur)

*Per 01-01-2023 wordt de Serviceorganisatie Zorg een eigen gemeenschappelijke regeling, los van de organisatie Holland Rijnland.

Back To Top
Ga naar de inhoud