Column

Portret Arno van Kempen
Arno van Kempen – Dagelijks Bestuur Holland Rijnland

Grootste problemen blijven we voor

Laat ik positief beginnen. De bereikbaarheid van onze regio is op zich best goed. Dat is het resultaat van onze aandacht voor infrastructuur in de afgelopen jaren. Natuurlijk zijn er op onderdelen verbeteringen nodig, en hebben we her en der te maken met congestie. Maar gillend gek worden we gelukkig nog niet. Grote knelpunten in de mobiliteit pakken we inmiddels aan of krijgen de komende tijd de aandacht die ze verdienen. De grootste problemen zijn we dus voor, maar achterover leunen is er zeker niet bij.

Om toekomstige congestie te voorkomen, moeten we investeren in de doorstroming van openbaar vervoer, wegverkeer, fietsverkeer en vervoer over water. Er is nog geen goede Oost-Westverbinding. De Noord-Zuidverbinding is er wel, maar daar komen opstoppingen regelmatig voor. Zorgen we echter voor een goede Oost-Westaansluiting, dan vermindert dat ook de Noord-Zuidcongestie.

De mobiliteit in onze regio is een samenhangend geheel met verschillende modaliteiten. We zetten nadrukkelijk in op openbaar vervoer. Zo krijgen hoogwaardige OV-verbindingen op de lijnen Leiden-Katwijk-Noordwijk en Noordwijk-Voorhout-Schiphol volop onze aandacht. Door deze te optimaliseren, ontlasten we ook het wegennet en geven we een impuls aan onze duurzaamheidsdoelstellingen. Hetzelfde geldt voor het faciliteren van het fietsverkeer. Binnen onze regio is het woon-werkverkeer veelal minder dan 15 kilometer, en dat kan prima op de fiets. Daarom is het belangrijk dat we meer snelfietsroutes realiseren en investeren in fietsparkeerplekken. Verder kijken we op het water naar mogelijkheden voor personen- en goederenvervoer.

Het wegverkeer in onze regio blijft onze aandacht vragen. Op verschillende punten is duidelijk sprake van  congestie. Inmiddels wordt hard gewerkt aan oplossingen. Zo is op de A4 de verbreding van drie- naar vierbaans in volle gang. Ook is gestart met de Rijnlandroute, de nieuwe – deels onder-tunnelde –  verbinding tussen Oost en West. En in het noorden van onze regio zijn concrete stappen gezet met het traject Duinpolderweg.

Mobiliteit stopt natuurlijk niet bij de randen van Holland Rijnland. We kijken daarom nadrukkelijk over de grenzen heen, bijvoorbeeld richting Noord-Holland voor de Duinpolderweg of richting Utrecht voor de spoorlijn Leiden-Utrecht. Onlangs verscheen een regionale knelpuntenanalyse mobiliteit waarin verschillende modaliteiten in kaart zijn gebracht. Deze analyse vormt de opmaat voor een integrale mobiliteitsvisie voor Holland Rijnland. Ik hoop dat ik voor de ontwikkeling van die visie binnenkort het startschot mag geven.

Back To Top
Ga naar de inhoud