Terugblik en presentaties: Themacafé Trends en ontwikkelingen in Mobiliteit

‘Waar leggen we als regio de prioriteit bij mobiliteitsvraagstukken?’ Die vraag slingerde als een rode draad door het Themacafé over mobiliteit, georganiseerd door Holland Rijnland. Woensdagavond 19 april verzamelde zich bij Brasserie Buitenhuis aan het Valkenburgse Meer een bont gezelschap geïnteresseerden vanuit gemeenten, Rijkswaterstaat, maar ook enkele particulieren en ondernemers.

 

De avond startte met een presentatie van Arno van Kempen, lid van het Dagelijks Bestuur van Holland Rijnland met onder andere mobiliteit in z’n portefeuille. Met behulp van het mobiliteitsonderzoek dat Royal Haskoning DHV verrichtte in de regio, zette hij uiteen waar voor Holland Rijnland de knelpunten liggen maar ook de kansen. Van Kempen schetste dat beeld voor vier verschillende modaliteiten, te weten: de fiets, het openbaar vervoer, de auto en de scheepvaart. ‘Onze mobiliteitsagenda benaderen we zowel bottom up als top down’, legde hij uit. ‘Als regio kijken we met een overall view naar ruimtelijke plannen en analyseren we trends en ontwikkelingen, maar tegelijkertijd zijn het ook de huidige knelpunten en kansen die we koppelen aan projecten en daarmee richting geven aan die agenda.’ Daarmee gaf Van Kempen aan dat een visie op mobiliteit niet alleen vanuit een ivoren toren wordt bedacht.

 

Voor het fietsverkeer wees Van Kempen op de zwakke schakels en knelpunten in het huidige fietsroutenetwerk maar ook op de mogelijkheid van meer snelfietsroutes. Een snelfietsroute-net in de regio. Veel (snel)fietsroutes zijn nog van Noord naar Zuid, maar de verbinding West-Oost is nog magertjes. Het openbaar vervoer kampt met enkele knelpunten, bijvoorbeeld het enkel spoor van Leiden naar Utrecht, maar ook met de zogenaamde ‘voedende’ (bus)lijnen in de regio die aansluiten op de hoofdstructuur  van het OV. De auto heeft veel impact op de leefomgeving en de stagnerende doorstroming op de wegen. Voor de scheepvaart staan verbreding en verdieping van vaarwegen op de agenda. De provincie wil ook meer goederenvervoer over water. Daarmee moeten stagnerende kruisingen met andere vervoerslijnen, oftewel bruggen, worden aangepakt.

 

Iedere genoemde ontwikkeling riep vragen op, vaak omdat aanwezigen veel belang hechtten aan de onderwerpen. Want hoe zit het bijvoorbeeld met de aansluiting op mobiliteitsnetwerken buiten de regio? Wat zijn de kwaliteitseisen van een snelfietsroute? Waarom vindt er niet meer vervoer over water plaats, óók voor personen? Veel van deze vragen bleken ook relevant voor de lobby die Holland Rijnland inzet naar de provincie en de Rijksoverheid. Maar daarbij werd wel de kanttekening gemaakt: ‘Niet voor alles wat wij relevant vinden, krijgen we ons gelijk.’

 

Na een korte pauze was het de beurt aan Lieke Berkhout, programmamanager voor Bereik!, een samenwerkingsverband van zes wegbeheerders rondom Rotterdam en Den Haag. In vogelvlucht gaf zij aan wat Smart Mobility is en hoe het de toekomst van het wegverkeer bepaalt. Smart Mobility gaat over verschillende zaken zoals intelligente (zelfrijdende) vervoerssystemen, connectiviteit van voertuigen onderling en systemen langs de route, het effectief inzetten van data, afkomstig van verschillende bronnen zoals social media maar ook van het KNMI of Rijkswaterstaat. En als laatste nieuwe concepten van mobiliteitsdenken, waarbij de reiziger centraal staat. Berkhout pleitte ervoor dat overheden zorgen voor standaardisatie en aansluitende wet- en regelgeving.

 

Als laatste spreker trad Wim Bot naar voren. Hij is beleidsmedewerker bij de Fietsersbond en projectleider van Fietsfilevrij. In de afgelopen jaren heeft hij zich sterk gemaakt voor meer fietssnelwegen in Nederland, en met succes, want sinds enkele jaren zijn de tracés fors uitgebreid. Op de kaart van Zuid-Holland toonde hij wat er inmiddels in de provincie is gerealiseerd en wat nog gepland staat. Dat daarvoor potentie is, daarvan is Bot overtuigd. Zeker omdat veel woon-werkverkeer zich afspeelt op fietsbare afstanden tussen tot 20 kilometer. Betere fietspaden zou ook leiden tot frequenter gebruik van de elektrische fiets. Maar door hogere snelheden en meer fietsverkeer moeten paden worden verbreed. Bot pleitte er niet voor om puur en alleen nieuwe fietsroutes te realiseren. ‘Het is beter om bestaande trajecten een upgrade te geven en om de zwakke en ontbrekende schakels aan te pakken’, benadrukte hij. ‘ Daarnaast moet vooral duidelijk zijn wie betaalt en aanlegt. Als Groen Links en D66 bijvoorbeeld in de regering komen, willen zij de plannen ondersteunen met een miljard. Voor de Christen Unie is dat zo’n 650 miljoen.’

 

De avond werd afgesloten met een borrel waarbij de sprekers met aanwezigen nog napraatten over de verschillende onderwerpen die de revue passeerden.

 

Wilt u de presentaties nog eens nalezen? Dat kan hieronder.

Back To Top
Ga naar de inhoud